Historiek
Tijdens de 11de eeuw vestigde zich ridder van Ophem, samen met zijn kapel, in “Op-heim”. “Op-heim” wil zeggen “op een heuvel”. Vandaar de naam Ophem die nadien veranderde in Oppem. Tot 1727 bleef het hof eigendom van de van Ophems. In 1726 erfde Gertrude Van Hamme het hof. Haar zoon huwde in 1759 met Guillam Sterckx.
Om, in 1819, hun zoon Engelbertus, aartsbisshop van Mechelen, een passend verblijf te kunnen geven als hij naar Oppem op rust wenste te komen, verbouwden ze het Hof.
Nadien kocht de familie Vanderhasselt de hoeve.